top of page

Passive stappenplan

 

1 onderstreep het lijdend voorwerp. Dit wordt het nieuwe onderwerp van de zin.

2 maak van het zelfstandige werkwoord in de actieve zin het voltooid deelwoord in de passieve zin.

3 bepaal de tijd van de zin.

4 zet het werkwoord to be in die tijd.

5 zet will, may, must, should, not allow voor to be. Als deze in de zin staan.

6 gebruik een bijzin om aan te geven wie er handelt

De PASSIVE komt in het Engels veel vaker voor dan in het Nederlands. Daarom hebben wij er een beetje moeite mee, maar er zijn heel duidelijke regels voor:

 

Een zin kan ACTIVE zijn, dat wil zeggen dat het ONDERWERP iets DOET.

Een zin kan ook PASSIVE zijn, dat wil zeggen dat er iets GEBEURT met het ONDERWERP.

Kijk maar eens naar de voorbeelden:

 

       ACTIVE                                                                                       PASSIVE

My grandfather built this house in 1934.                        This house was built in 1934 by my grandfather.

That company employs hundreds of people.                 Hundreds of people are employed by that company.

Careless drivers cause many accidents.                          Many accidents are caused by careless drivers.

They didn't invite me for the party.                                  I wasn't invited for the party.

  

Je ziet dat er in de PASSIVE-zinnen steeds een vorm van het werkwoord TO BE en een VOLTOOID DEELWOORD staat. De betekenis van TO BE is in deze zinnen altijd: WORDEN.

 

Dus:

I am invited                         Ik word uitgenodigd.

He was arrested                 Hij werd gearresteerd.

They must be cleaned       Ze moeten worden schoongemaakt.

It is painted                         Het wordt geschilderd.

 

 

Onthoud dus heel goed: in PASSIVE-zinnen betekent het ENGELSE  am / is / are / was / were  NOOIT het NEDERLANDSE  ben / is / zijn / was / waren,  maarrrr ........ word / wordt / worden / werd / werden  !!!!

 

De Passive komt voor in alle werkwoordstijden: in de tegenwoordige tijd, de verleden tijd, de toekomst, de voltooide tijd en in de –ingvorm. Check de voorbeelden maar eens out:

 

       ACTIVE                                                                       PASSIVE

We make butter from milk                                      Butter is made from milk.

Somebody stole my car last week                          My car was stolen last week.

They are building some new houses                     Some new houses are being built.

He was teasing his little sister all the time            His little sister was being teased all the time.

They have painted the front door                          The front door has been painted.

I told you that he had done it                                  I told you it had been done by him.

My mum will clean my room tomorrow                My room will be cleaned by my mum tomorrow.

They can't repair my watch                                      My watch can't be repaired.

 

 

Het zal je misschien opvallen dat vooral de voltooide tijd lastig is. In het Nederlands zeg je:

De voordeur is geschilderd. (Vroeger zeiden de mensen: De voordeur is geschilderd geworden)

 

Dat wordt dan in het Engels vertaald met:

The front door has been painted.

 

Als je wilt zeggen door wie iets gedaan wordt, dan moet je het voorzetsel – by – gebruiken. Voorbeeld:

 

The police arrested the thief                      The thief was arrested by the police.

The nurse took this man to hospital         This man was taken to hospital by the nurse.

bottom of page